Vanuit een speelse en improviserende houding benaderen Dankers & Megens hun samenwerking als een kneedbare bol. Deze bol raast met ongekende snelheden door landschappen van ideeën, associaties en emoties. Toch zijn de twee niet bang deze bol te confronteren met tekortkomingen. Hij moet soms worden getemperd en soms worden gevat.
Deze innige samenwerking is in staat om steeds een gans nieuw gestalte aan te nemen gebaseerd op het gedeelde noodzaak die lonkt naar het onderzoeken van steeds nieuwe vormen van werken waaruit beeld kan ontstaan. Binnen dit proces kunnen er nieuwe posities ingenomen worden waardoor er ruimte gevormd wordt om specifieke aspecten te belichten. In voorbije projecten waren elementen als lichamelijkheid, performativiteit, improvisatie en uitputting belangrijk waarin regelmatig personen van buitenaf werden betrokken.
Recentelijk heerst er een soort destillatieproces binnen de praktijk van Dankers & Megens waarbij de componenten die aanwezig zijn tijdens het stoken van een werk worden herzien. De notie dat er ten alle tijden nieuwe elementen op het toneel gebracht kunnen worden is een erg spannend idee maar kan tegelijkertijd ook een vertroebelend effect teweeg brengen. Het meest recente voorbeeld van een veeleer minimalere aanpak zien we terug bij het werk Facing non-objects, can we still run?, een driedaagse performance die werd gelivestreamd tijdens ‘The Hague Contemporary 2021’ waarbij de nadruk lag op het lichaam en de relatie met het object in de ruimte.